37
r
Sociaal-Cultureel werk.
IX:
bijlage
X:
Contacten.
bijlage
XI:
bijlage
XII:
bijlage XIII:
4
Het aantal cursisten onderging uiteraard een ver
dere daling. Tegen het eind van het verslagjaar werd
in samenwerking met de bedrijfsverenigingen hier ter
stede begonnen met verspreiding van vouwbladen
onder degenen, die uitkering ingevolge de Werkloos
heidswet genieten, ten einde hen in het Sociaal-cul-
turele werk te betrekken.
Een opsomming der cursussen en enig cijfermate
riaal omtrent de deelnemers geeft bijlage XIV.
Met name de algemeen-culturele bijeenkomsten
boden een rijk gevarieerd programma. Verscheidene
excursies werden ondernomen. De bibliotheek bewees
weer goede diensten; het blad „Sociaal-Culturele
Mededelingen” werd regelmatig verspreid. De groeps
leiders waren de deelnemers waar zij konden tot
steun.
Van de vele contacten die de dienst ook in het ver-1
slagjaar onderhield moge een tweetal met name I
worden genoemd, namelijk de besprekingen die de I
onderafdeling Bijzondere Sociale Zorg sedert januari I
1955 regelmatig hield met het Hoofd van de afdeling I
Geestelijke Volksgezondheid van de Gemeentelijke
Geneeskundige en Gezondheidsdienst, alsmede het
overleg tussen genoemde onderafdeling, de afdeling 1
Sociale Werkvoorziening en Werkverschaffing en het I
Gewestelijk Arbeidsbureau omtrent herplaatsing van I
cliënten in het normale bedrijfsleven.
de perioden van uitsluitend geldelijke bijstand (zie
hiervoor ook bijlage XI onder B).
Het sterkst spreken in dit opzicht de mutatiecijfers.
Zij wijzen voor 1955 op een nog groter verloop in
de uitkeringgenietende groep werklozen dan het vo
rige jaar reeds te zien gaf. Het aantal mutaties (eerste
of hernieuwde opneming in de Sociale Voorziening,
overgang van groep A naar groep B, afvloeiingen)
bedroeg 10 336 (1954: 14 055), hetgeen een gemid
deld wekelijks percentage van 31,3 (1954: 21) op
levert.
In enkele gevallen heeft de dienst, in overleg met
het Ministerie van Sociale Zaken en Volksgezondheid
en het Gewestelijk Arbeidsbureau, ten aanzien van
werknemers, die wegens verhoogd ziekterisico moei
lijkheden ondervonden bij het verkrijgen van een be
trekking in het vrije bedrijf, dit risico overgenomen.
Dit houdt in dat de betrokkenen bij ziekteverzuim
een Sociale-Voorzieningsuitkering zullen kunnen ont
vangen.
Ingevolge de artikelen 62 en 63 der Regeling zijn
269 bijzondere verstrekkingen gedaan, geheel a fonds
perdu dan wel geheel of ten dele bij wijze van voor
schot. Waar niet-materiële moeilijkheden aanwezig
waren, hetgeen in zeer uiteenlopende gevallen voor
kwam, werd eveneens hulp geboden.
Werden in het verslag over 1954 reeds de nieuwe
richtlijnen voor de samenstelling van rapporten ge
noemd, in 1955 is daarnaast meer en meer nadruk
gelegd op de noodzakelijke aanpassing der gespreks
techniek aan het veranderend karakter der hulpver
lening. Het gesprek met de cliënt heeft zich
ontwikkeld van controlemiddel tot middel van onder
zoek naar de achtergronden der werkloosheid, en
dient te leiden tot inzicht in de relatie van de aan
vrager tot zijn situatie. Uiteraard wordt de „controle
in enge zin” niet verwaarloosd.
Buiten het normale kader vallende uitkeringen
krachtens de Sociale Voorziening.
Over de periode van 6 tot en met 19 maart is, in
verband met heersende koude, de brandstoffenbijslag
verdubbeld.
Een deel der in werkvoorziening geplaatste hand
arbeiders ontving van 10 tot en met 29 januari en
van 21 februari tot en met 16 maart uitkering inge
volge groep A. Velen van hen werden bij de sneeuw-
ruiming, georganiseerd door de Gemeentelijke Rei
nigingsdienst en Vervoerscentrale, ingeschakeld:
week 1015 januari 173, week 1722 januari 323,
week 712 maart 125.
Werknemers in het vrije bedrijf, die niet uit andere
fondsen uitkering konden verkrijgen, ontvingen 205
vorstuitkeringen, tot een totaal van f 9.468,
Over de verplichte vakantieweek voor de bouw
bedrijven is aan 239 personen, die te weinig vakan
tiebonnen bezaten, uitkering verstrekt tot een totaal
bedrag van f 8.996,
Aan achtergebleven gezinnen van emigranten die
met rijkssubsidie waren vertrokken deed het bureau
317 onderhoudsuitkeringen, tot een totaal van
f 16.906,—.
Voor verdere gegevens omtrent dit onderdeel moge
worden verwezen naar de volgende bijlagen:
bijlage
a -j- b: gegevens betreffende het
maandelijks aantal weekuitkeringen,
verstrekt op grond van de Sociale
Voorziening, alsmede maandcijfers be
treffende de in totaal en gemiddeld
uitgekeerde weekbedragen;
grafiek van de aantallen uitkeringge-
nietenden over de jaren 1953 tot en
met 1955;
gegevens over het gemiddeld aantal
personen, dat uitkering genoot, ge
splitst naar leeftijdsgroepen en naar
duur van de uitkeringsperioden;
cijfers over de omvang der onderzoe-
kingswerkzaamheden;
gegevens over de Debiteuren
administratie.
GEMEENTELIJKE DIENST VOOR SOCIALE WERKVOORZIENING.
IA