50
veningen, 1 Ouddorp, 2 Stellendam, 1 Vlissingen en
4 Urk als thuishaven.
a. Vissershoven.
In het verslagjaar kwamen in totaal de haven bin
nen: 6 822 schepen met een inhoud van 1.185.840 m1
tegen 6 772 schepen met een inhoud van 1.233.810
m3 in 1954.
Op 31 december 1955 lagen in de haven: 109 mo
torloggers, 1 koelschip, 22 motorkustvissers, 1 bag
germolen, 2 onderlossers, 1 sleepboot, 1 zandzuiger,
2 motorreddingboten, 1 motorvlet van de Rijkswater
staat, 3 bergingsvaartuigen, 5 jachten en 1 kustvaar
der; in totaal 149 schepen.
Van de 131 vissersvaartuigen hadden er 123 Sche-
b. Binnenhavens.
In het verslagjaar is de scheepvaart in de bin
nenhavens ten opzichte van 1954 iets afgenomen,
voornamelijk als gevolg van de geringere aanvoer van
zand in de Laakhaven ten behoeve van de woning
bouw in de uitbreidingsplannen Moerwijk en Morgen
stond. In het geheel kwamen langs het havenkantoor
Laakhaven binnen 9 907 schepen, waarvoor haven
geld per reis werd betaald met 1 557 719 m3 ver
plaatsing tegen 9 966 schepen met 1 724 483 m3 in
1954. Langs het havenkantoor Loosduinen kwamen
binnen 217 schepen met een inhoud van 2 319 ton
tegen 115 schepen met een inhoud van 1 331 m3 in
1954.
In bovenstaande cijfers zijn niet begrepen de vaar
tuigen waarvoor een abonnement was genomen. Dit
waren voor het havenkantoor Laakhaven 220 schepen
met een inhoud van 28 529 m3; voor het havenkan
toor Loosduinen 82 schepen met een inhoud van
1 076 m3. Deze cijfers waren voor het jaar 1954 on
derscheidenlijk 165 schepen met een inhoud van
12589 m3 en 115 schepen met een inhoud van
1 331 m3.
In de Binckhorsthaven kwamen 1 820 schepen met
301 114 m3 verplaatsing tegen 1 756 schepen met
236 438 m3 verplaatsing in 1954. In deze gegevens
zijn niet begrepen de aantallen voor het kantoor
Laakhaven. Voornamelijk werden aangevoerd: zand,
steenkolen, grint, cement, ijzer, beurtvaartgoederen,
stookolie, benzine, hout, grond, stenen en pannen,
zout, suiker, cokes, steenslag, aardappelen en petro
leum.
Het aantal in de betreffende statistiek van het Ge
meentelijk Bureau voor Statistiek opgenomen ver
keersongevallen vertoonde in 1955 een aanmerkelijke
stijging en bedroeg 11 172(in 1954: 9 738).
Hiervan hadden er 61 de dood, 1 243 ernstig letsel
en 1 246 licht letsel van één of meer personen tot
gevolg, terwijl in 8 622 gevallen uitsluitend materiële
schade werd veroorzaakt.
Het totale aantal slachtoffers bedroeg 2 749 (1 761
van het mannelijke en 988 van het vrouwelijke ge
slacht).
Bij de verkeersongevallen waren in totaal 20 273
voertuigen en personen betrokken, waaronder 508
trams, 2 970 vrachtauto’s, 7 865 personenauto’s,
503 autobussen, 1 700 motorrijwielen, 1 843 brom
fietsen, 3 898 gewone rijwielen en 822 voetgangers.
tF' rf y*
k
Scheepvaart.
t
g
1) Het totale aantal verkeersongevallen, ter kennis van de Politie gekomen,
bedroeg 11 924; hieronder zijn begrepen 752 ongevallen met onbeduidend
letsel of zeer geringe schade.
Verkeersongevallen.