39 BIJLAGE III. 32 Zeegers, de heren Riem en Padt, vergezeld van mevr. Padt, gaven leiding aan een driedaagse excursie der derde klassen naar Zuid-Limburg. Evenals het vorig jaar, thans van 14 tot 19 maart, genoten de zesde klassen de geestelijke en lichamelijke voordelen van een werkweek in het padvinderscentrum „Buitenzorg" te Baarn. Als bekroning van al die „buitensporigheden” vond aan het einde van de cursus een gezamenlijk be zoek van de gehele school plaats aan de „E 55” te Rotterdam. Het perk betredend met leerlingen van andere scho len behaalde het Gymnasium Haganum op 4 maart een tweede prijs in de interscholaire Europese culturele wedstrijdafzonderlijke vermelding verdient de leerling der tweede klasse R. Engelander, die in dit verband de eerste prijs behaalde van de opstelwedstrijd in groep l-II. Met nadruk zij hieraan toegevoegd, dat de normale voortgang van het onderwijs door deze activiteiten absoluut niet werd benadeeld; wederom mag hier ge wezen worden op de gunstige afloop van het eindexa men, waarbij de Rijksgecommitteerden ook in particu liere gesprekken met grote waardering spraken over de school in haar geheel. Inleiding. Aansluitend op de gewoonte der laatste jaren,wensen Curatoren ook thans hun verslag aan te vangen met een overzicht van verschillende feiten en gebeurtenissen, die, hoewel het onderwijs niet onmiddellijk rakend, toch van waarde moeten worden geacht voor een school, die zich geenszins achter haar ouderdom wil verschuilen om zich afzijdig te houden van de in de laatste jaren op de voorgrond getreden pedagogische en didactische vernieuwingen. Voor ditmaal moge als kenmerkend onderscheid met een thans afgesloten tijdperk de indrukwekkende vie ring gelden van het tiende lustrum van de Bond van Haagse Gymnasiasten, verbonden met die van het tien-jarig bestaan der oud-leerlingen vereniging „So- cialiter”. Terwijl immers deze leerlingenvereniging aanvanke lijk, evenals elders in ons land het geval was, nauwelijks enige steun kon verwerven van de leiding der school in haar verschillende geledingen en zich slechts vrij spoedig tot een hoger niveau wist te verheffen door het feit dat een bestuur kon worden gevormd van uitste kende gymnasiasten, die voor een belangrijk deel zich later in het publieke leven tot mannen van betekenis ontwikkelden, is thans, al werd het hier geschetste peil in latere jaren slechts zelden bereikt, het bestaan van een algemene leerlingenbond zozeer vanzelfsprekend, dat bij de viering van een herdenkingsfeest de mede werking met gelijke toewijding wordt verleend door allen, die op enige wijze met de school in relatie staan. Natuurlijk hebben deze allen niet evenveel aandacht aan de gebeurtenis geschonken. Wat het docenten corps betreft zal zeker niemand aarzelen hier in de eerste plaats naast rector en conrector de heren Brans, Damsteegt en De Voogd te noemen, door wier ener gieke arbeid een feestprogramma kon worden uitge voerd, waarbij instrumentale en vocale muziek even zeer naar voren traden als toneelspeelkunst. Daarnaast moge herinnerd worden aan de niet minder onver moeide toewijding op sportgebied van mej. Zeegers en de heer Riem. Curatoren menen dan ook, dat aan al dezen voor dit jaar een woord van dank toekomt, nog krachtiger dan reeds vaak in vorige verslagen werd uitgesproken. Evenzo brengen curatoren hulde aan de leerlingen, die als bondsbestuurders en als bondsleden zozeer hebben bijgedragen tot het succes der feestviering en aan het bestuur en leden der vereniging „Socialiter”, die, de oudleerlingen vertegenwoordigend, zo enthousiast ge tuigd hebben van hun belangstelling in hun oude school. Ook buiten het door de Bond bestreken terrein zijn velerlei bewijzen te vinden van een gezond schoolleven. Zo vonden onder leiding van de heer Fuchs en van de heren Van Gelder en Padt een tweetal excursies plaats naar het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden. Mej. In de vacature, in het College tot aller leedwezen ontstaan door het afscheid van mevr. Dr. F. Wiersma wegens haar vertrek uit de gemeente, werd in de loop van de cursus voorzien door de benoeming van mevr. Dr. J. C. Hofkes; verder bleef de samenstelling van het College onveranderd. De vergaderingen werden evenals in het vorig jaar gewoonlijk gehouden op dinsdag- of woensdagavond. De poging om door nader contact duidelijker begrip voor het wezen van het Gymnasium te wekken bij de hoofden der lagere scholen had minder succes dan het vorig jaar; de daartoe door Curatoren in samenwer king met rector, conrector en enkele docenten gehouden bijeenkomst werd door slechts vijf van de betrokken functionarissen bijgewoond. Enige wijziging in het programma zal, naar Curatoren hopen, in het volgend jaar tot ruimer belangstelling leiden. Ter opvolging van de heer Moereels trad met 1 september de heer R. E. Padt op als leraar in aardrijks kunde; het bleek weldra dat hij, ook in algemene belangstelling voor de school, zich zijn voorganger tot voorbeeld stelde. Aan Dr. J. S. Zaneveld werd voor wetenschappelijke onderzoekingen in de Nederlandse Antillen gedurende de gehele cursus studieverlof verleend. Zijn taal als leraar in plant- en dierkunde werd overgenomen doof Dr. F. P. Koumans, die, nu Dr. Zaneveld definitief van de school afscheid heeft genomen, tot leedwezen van Curatoren niet bereid was de functie te blijven bekleden. Voor de nieuwe cursus werd onlangs tot tijdelijk leraar benoemd de heer L. L. Brederveld. VERSLAG ONDERWIJS. VERSLAG VAN CURATOREN DER OPENBARE GYMNASIA TE 'S-GRAVENHAGE OVER HET SCHOOLJAAR 1954-1955. Samenstelling en arbeid van het College. Docentencorps.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1955 | | pagina 656