39 36 De Commissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs te ’s-Gravenhage, neer op twee wijzigingen, nl. om, in aansluiting op de derde klasse (eindonderwijs), een overgangsklasse te vormen, welke de leerlingen voorbereidt voor de vierde klasse H.B.S.-A of B, de Zeevaartschool en de Middel baar technische school en voorts om de leerlingen, voor wie het normale h.b.s.-tempo te snel blijkt, gelegenheid te geven, de tweede klasse in langzamer tempo door te werken. Na de uitvoerige toelichting van de heer De Haas bleken de desbetreffende plannen de volle in stemming van de Commissie te hebben. De Commissie heeft B. en W. dienovereenkomstig geadviseerd. In het verslag van de Commissie over het schooljaar 1949-1950 werd mededeling gedaan van het besluit van de Gemeenteraad in zijn vergadering van 21 augustus 1950 om, met aanvang van het schooljaar 1950-1951, voorlopig bij wijze van proef, aan de Gemeentelijke Handelsdagschool met 4-jarige cursus een vervolgklasse te verbinden ter opleiding voor de praktijkexamens moderne talen, boekhouden en handelsrekenen, zulks overeenkomstig het voorstel van de directeur,waarmede de Commissie haar instemming had betuigd. Het ver heugde de Commissie, die met belangstelling dit experiment volgde, in de daarop volgende jaarversla gen melding te kunnen maken van de voortzetting van deze proefneming. Nu in dit verslagjaar is gebleken, dat reeds gedurende 4 jaren met de vervolgklasse gun stige resultaten waren bereikt, stelde de directeur voor om hieraan een blijvend karakter te geven. Desgevraagd bracht de Commissie aan B. en W. advies uit over dit voorstel, waarmede zij zich volkomen verenigde. De Gemeenteraad heeft daarop besloten de bedoelde ver volgklasse, met ingang van 1 september 1955, blijvend aan de betreffende school te verbinden. De adviserende werkzaamheden der Commissie met betrekking tot mutaties in het lerarencorps der onder haar toezicht vallende scholen en ten aanzien van verlening van onderscheidingen en gratificaties aan leerkrachten dezer scholen, alsmede haar overige werkzaamheden, zoals de uitoefening van het school toezicht enz., hadden onverminderd voortgang. J. B. REICHARDT, voorzitter, M. H. J. P. VAN BUTTINGHA W1CHERS-VAN VOORST VADER, secretaresse. Mede een onderwerp van bespreking bij de Commis sie vormde de staatsburgerlijke vorming der leerlingen op de middelbare scholen. Zoals reeds in het verslag over het schooljaar 1952-1953 werd vermeld, wees de Commissie destijds in een schrijven aan Burgemeester en Wethouders op het belang van voorlichting op dit gebied, hetgeen genoemd College aanleiding gaf er bij rectoren en directeuren bij het gemeentelijk v.h.m.o. op aan te dringen om, meer nog dan reeds het geval was, aandacht aan dit onderwijs te schenken, o.a. door terzake kundige personen uit te nodigen buiten de schooluren op voor de leerlingen bevattelijke wijze voor drachten te houden. Hieraan hadden B. en W. evenwel de restrictie verbonden, dat niet ingeschakeld mochten worden personen, die in de vertegenwoordigende col leges van het Rijk, de Provincie of de Gemeente zitting hadden of die op andere wijze politiek op de voorgrond traden. De Commissie betreurde het, dat deze restrictie was gemaakt, omdat personen, die uit ervaring spreken, de taak en de werkwijze van bestuurders en wetgevers in ons land voor de leerlingen kunnen doen leven en hun belangstelling in de publieke zaak, zo gewenst voor de staatsburgers, kunnen stimuleren. In verband hier mede wendde zij zich in het verslagjaar tot Burgemees ter en Wethouders met een schrijven, waarin zij in over weging gaf de bedoelde beperking in te trekken, aan welk verzoek gevolg werd gegeven. Naar aanleiding van een desbetreffend verzoek bracht de Commissie aan B. en W. advies uit omtrent het voorstel van de directeur van de Gemeentelijke Han delsdagschool met 4-jarige cursus tot het aanbrengen van enige wijziging in het leerprogramma van deze school. De voorgestelde wijziging, waarmede de Com missie zich volkomen verenigde en welke intussen door B. en W. werd goedgekeurd, heeft ten doel voor een vaardigheidsvak als stenografie 2 lesuren in de derde klasse en 1 lesuur in de vierde klasse uit te trekken, in plaats van 1 lesuur in elk der klassen 2, 3 en 4 en in verband daarmede 1 uur natuurkunde van klasse 3 naar klasse 2 over te brengen. Voorts werd door B. en W. het advies ingewonnen ten aanzien van het voorstel van de directeur van de Stevin-h.b.s., de heer G. de Haas, tot gedeeltelijke reorganisatie van het onderwijs aan deze school. Ten einde een zo volledig mogelijk inzicht in deze materie te verkrijgen, deed de Commissie zich in een speciaal daartoe belegde vergadering voorlichten door de heer De Haas voornoemd. Het betreffende voorstel komt VERSLAG ONDERWIJS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1955 | | pagina 660