TE 'S-GRAVENHAGE.
1
GEMEENTELIJKE SCHOOL- EN KINDERTUINEN
VERSLAG OVER HET JAAR 1955.
In het verslagjaar werd begonnen met de aanleg
van elektrisch licht in de leslokaaltjes aan de Laak-
weg en de Adelheidstraat.
Aan vele gebouwtjes en hekken werd het nodige
onderhoudswerk verricht, zodat de toestand thans
weinig te wensen overlaat. Een uitzondering hierop
vormen de noodgebouwtjes op de tuinen Schimmel-
weg I, Westduinweg, Duivelandsestraat en Ocken-
burgh. Na een gebruik van omstreeks tien jaren zijn
zij thans geheel versleten. Als de herbouw, die in het
kader van de wederopbouw moet plaats hebben, nog
langer op zich laat wachten, zullen nieuwe noodge
bouwtjes geplaatst moeten worden.
Tegenover deze lichte stijging in de belangstelling
stond een verdere daling van het percentage toegewe
zen aanvragen. Dit percentage daalde van 82 in 1946
tot 46 in 1955 (1954: 52). In de verdeling van de
aanvragen over de verschillende stadswijken kwam,
vergeleken met 1954, slechts geringe wijziging, zodat
in dit verslag een overzicht van de verdeling van de
aanvrage achterwege kan blijven.
Met bijzondere waardering mag in dit verslag mel
ding worden gemaakt van de voortvarendheid waar
mee de Dienst van Gemeenteplantsoenen nieuwe tui
nen in gereedheid brengt. Als geen onverwachte te
genslagen komen, kunnen in 1956 de tuinen aan de
Viaductweg, de Hillenraadweg, de Twickelstraat en
de Tesselsestraat in gebruik worden genomen. Boven
dien is de aanleg van enkele andere tuinen in voor
bereiding, zodat de verwachting bestaat, dat in de
volgende jaren het percentage toegewezen aanvragen
weer iets zal stijgen.
Het draineren van de tuin aan de Wegastraat leid
de tot de gewenste resultaten. In het verslagjaar werd
de E. J. Herweijertuin II gedraineerd, terwijl over een
oppervlakte van plm. 1 500 m2 de grond tot op
1,20 m werd verdolven om de katteklei te doen zin
ken. Als de resultaten van deze bewerkingen gun
stig blijken, zal in het volgende jaar de E. J. Her
weijertuin I worden verbeterd.
Het kindertuinseizoen begon in het verslagjaar met
uitzondering van de tuin aan de Groenteweg in de
derde week van maart en het eindigde in de laatste
week van oktober. De tuin aan de Groenteweg werd
op 25 april geopend. Het voorjaar was koud; de
zomer en het najaar daarentegen warm. Het koude
voorjaar bleek weinig invloed op het kinderbezoek
uit te oefenen; de fraaie zomer met prachtig strand
weer beïnvloedde het bezoek echter in ongunstige zin
De zg. verplichte bezoeken (tweemaal per week:
voor de tuin Hemsterhuisstraat driemaal per week)
werden genoteerd. In totaal werden 298 992 bezoeken
geregistreerd, zodat ieder kind gemiddeld 47 maal
zijn tuintje bezocht op een verplicht uur (1954: even
eens 47 maal). Om enig inzicht in de waarde van dit
cijfer te krijgen werd in het verslagjaar zorgvuldig
nagegaan op hoeveel dagen de tuinen door regen ge
sloten moesten blijven. Dit bleek gemiddeld per groep
4 maal te zijn. Na aftrek van deze regendagen had
ieder kind zijn tuintje 58 maal kunnen bezoeken, zo
dat de presentie ruim 82 bedroeg. Mede gelet op
het geoorloofde verzuim bij ziekte, schoolreisjes, uit-
stedigheid in de vakantie enz. en de bezoeken buiten
de verplichte uren is het genoemde percentage zeker
niet ongunstig te achten.
In het verslagjaar werd de nieuwe tuin aan de
Groenteweg in gebruik genomen; de tuinen aan de
Adelheidstraat werden niet onbelangrijk uitgebreid.
Van de tuin aan de Gentsestraat bleef nog een klein
hoekje 80 tuintjes ter beschikking van de
Dienst. De tuin aan de Tholensestraat kon in 1955
nog worden gebruikt. Door deze veranderingen steeg
het totale aantal kindertuintjes van 6 235 in 1954
tot 6 358 in 1955.
In 1955 bedroeg het totale aantal kinderen, dat
voor het aanvragen van een tuintje in aanmerking
Ham, 40 505 (1954: 37 579); hiervan kwamen
13 697 aanvragen binnen (1954: 12 002), zodat het
Percentage dat een tuintje aanvroeg, steeg van ruim
31 in 1954 tot 33,8 in 1955.
G. S. W. Gemeentelijke Sociale Werkvoorziening.
Het leidinggevend en onderwijzend personeel be
stond in het verslagjaar uit een directeur, een adjunct
conservator, twee onderwijzers, twee wetenschappe
lijke assistenten B, een wetenschappelijk assistent B
belast met de leiding van de Jeugdnatuurwacht in
Den Haag (vanaf 1 september), een wetenschappelijk
assistent A belast met het leiden van excursies in
Meyendel (vanaf 1 mei), één tijdelijk leidster en 68
lijdelijke leiders.
Het administratieve personeel bestond uit een
commies B, bijgestaan door een schrijver.
Het tuinpersoneel bestond uit een onderbaas, vijf
tuinlieden in de rang van voorman-schooltuinen, een
eerste tuinman, een plantsoenwerker, een werkman,
een werkman - mindervalide, een jongmaatje-werk-
man en een groep in G.S.W. 1)-verband tewerkge-
stelden.
BIJLAGE 43
Toestand gebouwen en hekken.
Kindertuinen.
Personeel.