46
3
Wat betreft de Historisch-Topografische Pren-
tenverzameling kwam van de prenten betreffende de
omgeving van Den Haag de beschrijving van Rijs
wijk gereed, terwijl die van Voorburg tot ongeveer de
helft is gevorderd. De portretten en de historische
prenten werden aan het eind van het jaar gecontro
leerd en materiëel verzorgd. De aanwinsten, welke
in het verslagjaar binnen kwamen werden beschreven
en ingevoegd, de catalogi bijgehouden. De verzame
ling bestektekeningen werd geordend, waarbij 838
oude bestekken werden vergeleken met de voorstellen
aan de Raad, waardoor de juiste plaats en datering
kon worden vastgesteld. De stroom van werkteke
ningen afkomstig van de Dienst van Gemeentewerken
houdt aan; een voorstel aan Burgemeester en Wet
houders om in overleg met genoemde Dienst tot ver
nietiging van het deel daarvan, dat geen blijvende
betekenis heeft, over te gaan, is in voorbereiding.
Ook de nieuw verworven foto’s werden beschreven
en ingevoegd. Voorts werden uit de bibliotheek 20
boeken nagezien, en de illustraties voor en zover Den
Haag betreffende in de desbetreffende catalogus op
genomen. Enkele honderdtallen prentbriefkaarten
werden met de aanwezige collectie vergeleken en voor
zover niet aanwezig, daarin opgenomen. De aanwin
sten der verzameling lantaarnplaatjes werden opge
borgen en in de catalogus verantwoord. Van de ruim
5000 stuks tellende aanwinst van de verzameling ne
gatieven, in hoofdzaak afkomstig van twee fotogra
fen, de heren H. A. W. Douwes en W. J. van der
Pool, die zo vriendelijk waren een deel hunner oude
negatieven aan het Gemeentearchief ten geschenke te
geven, kon in het verslagjaar de ordening nog niet
geheel worden voltooid. Het behoeft geen betoog,
dat dergelijke schenkingen een bijzonder waardevolle
aanwinst vormen voor de documentatie over het
Haagse stadsbeeld.
Het is vermoedelijk voor de laatste maal dat in het
verslag van het Gemeentearchief zal moeten worden
gesproken over de Letterkundige Verzameling. Was
reeds bij besluit van het college van Burgemeester
en Wethouders van 23 augustus 1954 bepaald dat
deze verzameling aan het Nederlandse Letterkundig
Museum en Documentatiecentrum in bruikleen werd
afgestaan, in oktober van het verslagjaar kon, nadat
de daartoe bestemde vertrekken in het oude stadhuis
waren gereed gekomen, ook tot de overbrenging daar
heen worden overgegaan. Hiermede is een einde ge
komen aan het zelfstandig bestaan van een welis
waar niet geheel in een Gemeentearchief thuis beho
rende collectie, die echter, toen zij daar eenmaal min
of meer door toevallige omstandigheden was ont
staan, door mijn ambtsvoorganger Dr. W. Moll met
grote liefde en kennis van zaken is uitgebouwd tot
een verzameling van een importantie, dat zij door
het gehele land en niet in het minst ook in België
grote bekendheid genoot en een aantrekkingspunt
werd voor het documentatiemateriaal voor de literaire
geschiedenis der laatste eeuwen. Het is stellig de
t
reeds onder a vermeld, veel verloop was en door
ziekte nogal eens werd verzuimd, werden 30 delen
(vorig jaar 50) van de notariële protocollen uit het
eind der 18de eeuw geklapperd, waarbij toezicht en
leiding en het collationneren der gereedgekomen
fiches aan een hunner, die daarmede ook reeds het
vorig jaar belast was, kon worden overgelaten. De
reeds aanwezige fiches van de notariële protocollen
over de periode 16701842 werden tot één klapper
samengevoegd, gealfabetiseerd volgens het zelfde
systeem als de Doopklapper. Tevens werd een begin
gemaakt met de alfabetisering van de Trouwklapper,
die, oorspronkelijk volgens een afwijkend systeem
geordend, eveneens volgens dit systeem zal worden
geordend. Bewerkt werden de letters A, B, C, D, en
K. Wanneer dit werk zal zijn voltooid en hierna ook
de Begraafklapper volgens het zelfde systeem zal zijn
geordend, zal in dit opzicht een zeer gewenste uni
formiteit zijn bereikt. Door mej. Ten Klooster, die
voor de historische vereniging „Die Haghe” ten
archieve werkzaam is, werden 3 delen der notariële
protocollen uit de periode 1670—1680 bewerkt. Een
der administratieve ambtenaren bewerkte de nota
riële protocollen no. 69 tot 406 voor wat betreft de
akten na 1680, die in verband met het oude systeem
om per periode van 10 jaar te klapperen, nog niet
bewerkt waren. Alle in de loop van het jaar vervaar
digde fiches werden in de klapper ingevoegd.
Eveneens werd geklapperd het begrafenisregister
van de kerk te Scheveningen over de periode 1662
1709.
De zeer talrijke aanwinsten voor de Historisch-To
pografische Bibliotheek en voor de Handbibliotheek
werden beschreven en op hun plaats gebracht. Mede
door de uitbreiding van de personeelsbezetting met
een bibliotheek-assistente kon de aanwezige achter
stand belangrijk worden ingelopen. De titels van
historische of anderszins voor Den Haag van belang
zijnde artikelen in tijdschriften werden in de biblio
theekcatalogus opgenomen. De in 1952 begonnen
klapper op de voor Den Haag van belang zijnde
artikelen in de te ’s-Gravenhage verschijnende dag
bladen, werd wederom met vele duizenden fiches uit
gebreid.
Werd evenals verleden jaar aandacht besteed aan
de te ’s-Gravenhage verschijnende periodieken van
verenigingen, instellingen, firma’s en scholen, dit jaar
werd er ook naar gestreefd de collectie jaarverslagen
van verenigingen en instellingen, die in de loop der
jaren ernstige lacunes was gaan vertonen, weer zo
veel mogelijk te completeren. Dank zij de bijzondere
medewerking .der betrokken instellingen was het in
vele gevallen mogelijk alsnog de ontbrekende versla
gen over vroegere jaren te achterhalen. Door het
aanleggen van een eenvoudig kaartregister is het
thans mogelijk geworden aan het eind van het jaar
na te gaan, welke verslagen nog niet werden ont
vangen, zodat het gevaar dat opnieuw lacunes ont
staan voor de toekomst zo veel mogelijk is onder
vangen.
VERSLAG ARCHIEF DER GEMEENTE.